uit: Tweeblik
Elvire B. Cleenwerck
Brug wanneer het water de oever overvloeit bootsman waarheen moeten wij varen? waar is het land? er is geen overkant geen baken leidt ons naar de zee alleen het eeuwige regenen houdt ons gaande. de weg is wijd en wijder dan de horizon een brug te hoog de regenboog. licht ons tijdelijk verlicht geen uitweg neen, de vraag waarheen blijft hangen.
wanneer het water de oever overvloeit
bootsman
waarheen moeten wij varen?
waar is het land?
er is geen overkant
geen baken leidt ons naar de zee
alleen het eeuwige regenen
houdt ons gaande.
de weg is wijd
en wijder dan de horizon
een brug te hoog
de regenboog.
licht ons tijdelijk verlicht
geen uitweg neen,
de vraag waarheen
blijft hangen.
Regenboog Tussen hem en haar een glazen witte kaars een onbevlekte wiek. Tussen hem en haar zo maagdelijke woorden wat valt er dan te spreken? Tijd over jaren uitgerold herhaalt de tijd dezelfde klachten. Er was een brug, een brug, maar geen rivier, rivier, geen dal, geen tussenin licht gebroken in de lucht lampen branden niet - niet meer je had een rode mantel aan en pauwenveren op je hoed. Adem is de afstand tussen twee punten buiten.
Tussen hem en haar
een glazen witte kaars
een onbevlekte wiek.
zo maagdelijke woorden
wat valt er dan te spreken?
Tijd over jaren uitgerold
herhaalt de tijd dezelfde klachten.
Er was een brug, een brug,
maar geen rivier, rivier,
geen dal, geen tussenin
licht gebroken in de lucht
lampen branden niet - niet meer
je had een rode mantel aan
en pauwenveren op je hoed.
Adem
is de afstand tussen twee punten buiten.
Witte weg de weg die zich schrijft is een om en om, een achterom een hier een nu te dichten kloof. we schrijven een omweg een uitweg een ver weg struikelend van woord naar woord schrijven wij met een mes dat snijdt, schrijven wij de onzegbare zin die aanklampt zich vastbijt schrijven wij tot elke letter elk woord openrijt.
de weg die zich schrijft
is een om en om, een achterom
een hier een nu
te dichten kloof.
we schrijven een omweg
een uitweg
een ver weg
struikelend van woord naar woord
schrijven wij
met een mes dat snijdt,
de onzegbare zin
die aanklampt zich vastbijt
tot elke letter elk woord openrijt.
Balanceren Lezen is schrijven met je ogen. Ogen zet je op muziek, het geeft niet. Vele jaren zijn voorbijgegaan, die zin komt stilaan uit de Bijbel. Wie schreef haar op? Man, vrouw, een engel of een geest? Wie dan? Schrijven is lezen met je handen. Een beetje strelen met je hart, het mag. De dagen die in nachten zinken, de ochtend van de ingewijden kuieren tussen vroege woorden raison d’aimer, een huis dat open staat.
Lezen is schrijven met je ogen.
Ogen zet je op muziek, het geeft niet.
Vele jaren zijn voorbijgegaan,
die zin komt stilaan uit de Bijbel.
Wie schreef haar op? Man, vrouw,
een engel of een geest? Wie dan?
Schrijven is lezen met je handen.
Een beetje strelen met je hart, het mag.
De dagen die in nachten zinken,
de ochtend van de ingewijden
kuieren tussen vroege woorden
raison d’aimer, een huis dat open staat.
© Copyright 2012 ALLE RECHTEN VOORBEHOUDEN hetbeleefdegenot.be
Contact: hetbeleefdegenot@scarlet.be - tel. 0498/73.58.73
Laatst bewerkt: 31 januari 2024